Ga naar submenu Ga naar zoekveld

Ik ben een los oog | Denkstof #14

30 november 2017 · Leestijd 5 min

Denkstof is een serie unieke en inspirerende video's vol bezinning en geloofsvragen. In deze aflevering gaat het over dat wij als gelovigen elkaar nodig hebben en elkaar kunnen steunen. Wij zijn elkaars handen en voeten en samen zijn we één lichaam, de kerk.

De ware kerk

Toen ik jong was, liet een docent van onze kerk mij een schema zien. Bovenaan het blaadje stond heel groot 'Jezusl Daarvandaan vertrok een lijn recht naar beneden, waar onze kerk stond. De lijn had halverwege allerlei vertakkingen. Daar waren de andere kerken van ons afgescheiden. De rooms-katholieken met één miljard leden — van ons afgescheiden. De hervormden — wij hadden niet met hen gebroken, maar zij met ons. En zo was het met al die duizenden andere kerken. Allemaal weglopers.

Wij, en wij alleen, waren de rechte lijn van Jezus naar nu.

Onenigheid

Later kreeg ik les van een dominee. Er waren gesprekken met een andere kerk, die in alles op ons leek, echt elk detail, dus moesten we misschien maar eens gaan praten... Maar daar was deze dominee tegen. Die kerk hield namelijk gesprekken met weer een andere — en die hadden lijke diakenen en dat kon natuurlijk niet — en dus konden wij ook niet met die eerste kerk praten...

Elke minuut verlaat in Nederland iemand de kerk. lk ben nu zo'n minuut aan het praten — iemand, ergens heeft zich al onttrokken. En dat begrijp ik. Er zijn goede redenen voor. lk heb het zelf gedaan. Acht jaar lang ben ik niet naar een kerk gegaan. lk probeerde op mezelf te geloven. Tegenwoordig ga ik weer. lk wil je uitleggen waarom.

God is groter

lk ontdekte hoe ontzettend groot God is. lk bedoel, er zitten al miljarden-miljarden-miljarden cellen in mijn lichaam, die elk weer bestaan uit miljarden-miljarden-miljarden atomen, en hij heeft dat allemaal gemaakt — en niet alleen mij, maar alle levende wezens, en dan ook nog alle planeten en sterren... lk kan dus maar een minieme fractie van God ervaren. En ik merk hoe beperkt ik daarin ben. lk ben bijvoorbeeld een denker. En dat is goed. God heeft mijn hersenen gemaakt, dus denken is goed.

Maar ik loop daar natuurlijk ook in vast. lk ga er bijvoorbeeld van twijfelen als ik God niet verstandelijk begrijp. Wat ik dan erg goed kan gebruiken, is iemand die heel intuïtief gelooft. Die tegen mij zegt: 'Wat doe je nou moeilijk? Kan mij het schelen dat ik het niet logisch kan beredeneren. Waarom zou God in jouw hoofd moeten passen?'

En dan denk ik: 'Oh ja inderdaad, natuurlijk is dat zo!' En ik kan weer even verder. Maar misschien, een volgende dag, komt die persoon naar mo toe en zegt: 'lk twijfel, want ik voel God niet meer...' Dan kan ik weer zeggen: 'Maar God is veel méér dan je gevoel! Daar is hij toch niet afhankelijk van? Er zijn ook goede argumenten voor het geloof.'

Wij hebben elkaar nodig

Zo merk ik, dat gelovigen elkaar nodig hebben. Iedereen heeft zijn eigen karakter, en dat is je kracht, maar ook je beperking.

Daarom vergelijkt de bijbel de kerk met een lichaam. De mensen zon dan dus de lichaamsdelen. Jij bent bijvoorbeeld een... oor. Een ander is een hand. En ik bijvoorbeeld een oog. Bij een ontmoeting zijn al die lichaamsdelen nodig. Je oor hoort die ander, met die hand omhels je, met dat oog zie je. Zo werkt het ook als je God ontmoet. Iedereen, vanuit z'n eigen karakter, ontdekt weer iets anders. En al die persoonlijkheden zijn nodig, want God is zo ongelofelijk groot, dat je nooit, nooit, nooit het totaalplaatje hebt.

Één lichaam

Roald Dahl vertelt een luguber verhaal over iemand die zijn hele lichaam heeft verloren, behalve z'n hersenen en één oog. Die drijven nog in een soort aquarium. Zo'n oog kan natuurlijk helemaal niets op zichzelf Die jaren dat ik niet meer naar een kerk ging, voelde ik mezelf dat ene oog. lk voelde me zwaar gehandicapt. lk merkte dat ik zoveel miste van God. Dat er zoveel was te ontdekken, maar dat lukte niet, omdat ik - net als iedereen — heel beperkt ben. lk heb mijn karakter en niet duizend andere karakters.

Daarom ga ik dus weer naar een kerk. Als ik geen andere gelovigen ontmoet en spreek, mis ik zo ontzettend veel van God. Natuurlijk is de dienst niet altijd super, soms is die zelfs ronduit saai -- maar het voelt werkelijk alsof ik met al die mensen samen, één lichaam heb gekregen.

Bijbelteksten:
- ‘De kerk is een lichaam’ – 1 Korintiërs 12: 4-30

Doorpraten:
- Waarom ga jij wel/niet naar een kerk?
- Als de kerk een lichaam is, op welk lichaamsdeel lijk jij dan het meest?
- Wat heb jij van anderen over God geleerd?
- Wat kun jij anderen over God vertellen?

Misschien ook wat voor jou

Volg BEAM op TikTok!

Voor video's van inspirerende jongeren die licht willen verspreiden! 💛💡