Ga naar submenu Ga naar zoekveld

GASTCOLUMN: Here-zegen-deze-spijze-amen

9 maart 2016 · Leestijd 3 min

“Pgggh”. Mijn maag maakt een geluid waar de luidruchtige motor van mijn oude autootje niet tegenop kan. Zelfs met ruim 4.000 toeren op de teller (zei ik al dat mijn autootje oud is?), is het knorren van mijn maag onmiskenbaar te horen. Op dergelijke momenten ben ik meer dan opgelucht dat ik niet carpool en mezelf gênante momenten bespaar.

Het autoritje van mijn werk naar huis duurt zo’n 35 minuten. Ruim een half uur om na te denken over de verrukkelijke smaak van *vul hier gerecht in* op mijn tong. Op sommige dagen betrap ik mezelf er zelfs op dat ik het gaspedaal nét iets verder intrap. Thuis aangekomen spring ik uit de auto en sprint ik naar binnen, de keuken in. Onderweg gooi ik mijn jas nog even op de kapstok in de hal – of ernaast. Alles om zo snel mogelijk wat eten naar binnen te kunnen schuiven.

En dan komt die eerste hap. Die eerste verrukkelijke hap. Die prompt wordt onderbroken door de stem van mijn moeder: “Heb je al gebeden?” O ja, bidden. Oeps. Ik  sluit mijn ogen, vouw mijn handen en plak de woorden ‘Here, zegen deze spijze, amen’ aan elkaar tot een supersonisch snelle ‘Herezegendezespijzeamen’. Hoppa, aanvallen! Ik bedoel maar; bidden is bidden, toch?

Misschien. Maar misschien ook niet. Toen ik laatst mee-at met mijn oom en tante, hoorde ik mijn neefje woord voor woord mijn tante nazeggen. “Here, zegen dit lekkere eten, amen”, zei hij met een geconcentreerd snoetje. Schattig, maar confronterend. Als mijn vierjarige neefje dit zo kan zeggen, waarom ik dan niet? Waarom kan ik niet beter nadenken over de zegen van God? Ik heb het goed – heb elke avond een warm prakkie op mijn bord. Iets wat lang niet iedereen kan zeggen. En toch raffel ik mijn gebed af omdat mijn knorrende maag nét iets belangrijker lijkt.

Tijd voor verandering, dus. Vanaf deze week doe ik het anders. In de auto denk ik niet na over wat er die avond op mijn bord ligt, maar waar ik dankbaar voor ben. En als ik dan thuiskom, heb ik meer om te zeggen in mijn gebed dan de betekenisvolle zin die zich in mijn hoofd heeft omgevormd tot schietgebedje. Dan kan ik eten zonder die nare steen in mijn maag. En die eerste hap zal beter smaken dan ooit.

Lisanne van de Bunt (21) is geboren en getogen op de Biblebelt, mag zichzelf na vier jaar hard werken journalist noemen en knuffelt in haar vrije tijd graag katten. Omdat het vandaag biddag is, plaatst BEAM deze column online.

Misschien ook wat voor jou

Volg BEAM op TikTok!

Voor video's van inspirerende jongeren die licht willen verspreiden! 💛💡