COLUMN: Naakt in de kleedkamer
Het gaat niet goed met vv Fenix. Waar we vorig seizoen de overwinningen aaneenregen en zonder ook maar een wedstrijd te verliezen kampioen werden, zijn de zaken dit jaar 180 graden gedraaid. Van de twaalf wedstrijden wonnen we er precies nul.
Dat is een probleem. Want van winnen word ik vrolijk en van verliezen erg chagrijnig. Zo simpel is het. Dat fanatisme zit in de familie. Mijn broertje staat bij vv Fenix op goal en na ieder tegendoelpunt – en dat zijn er nogal wat – spat zijn waterflesje uiteen tegen de muur of zijn vuist tegen de doelpaal. En jaren geleden is mijn moeder ooit stilletjes van de tennisbaan weggeslopen, omdat mijn pa – die daar speelde – wel héél vaak zijn racket woedend weg gooide. Slecht zijn in verliezen, it’s what we Mastebroekjes do! Afgelopen donderdag was het weer zover. We begonnen goed tegen Los Ladrones, kwamen zelfs tot twee keer toe op voorsprong, maar uiteindelijk liepen we toch weer tegen een nederlaag aan. De sfeer op het veld was grimmig. Zij hadden iemand, een goede voetballer, die continu liep te provoceren en wij gingen daarin mee. Ik ook. Ergens in de tweede helft stonden hij en ik plotseling met onze voorhoofden tegen elkaar. “Jij bent zo fokking dom he,” siste hij. “Jij hebt issues, vriend,” beet ik hem toe. “Ben je je agressie al kwijt, jongen? Dit is jouw therapie toch?” Het escaleerde allemaal net niet de pan uit. Na de wedstrijd zat de goede voetballer alleen op een bankje. Hij had ruim gewonnen, maar zag er niet gelukkig uit. Iedereen negeerde hem. Zelfs zijn eigen teamgenoten waren niet blij met zijn gedrag op het veld. Terwijl ik langs hem heen liep, fluisterde ik hem nog wat onaardige woorden toe. Toen we vervolgens met de mannen van Fenix in de kleedkamer na zaten te praten, nog steeds boos, gebeurde er iets onverwachts. De jongen kwam binnen. In zijn eentje in het hol van de leeuw… Het viel meteen stil. Met zachte stem en licht gebogen hoofd: “Het spijt mij hoe ik mij net heb gedragen. Dat had ik niet moeten doen. Sorry jongens.” Bam. In één klap was al onze boosheid weg. Door zich kwetsbaar en nederig – bijna naakt – op te stellen tegenover ons, de ‘vijand’, verdween de grimmige sfeer als sneeuw voor de zon. Teamgenoot Jan-Willem verbrak de stilte: “Dat vind ik echt netjes van je. Respect.” Ook wij boden onze excuses aan en met een handdruk – toch nog – gingen we uit elkaar. Bedankt, spits van Los Ladrones, voor je goede voorbeeld. Dat waardeer ik, echt waar. Maar onthoud wel: de volgende keer winnen wij… Rimme (25) is redacteur bij BEAM en een beperkte zaalvoetballer bij vv Fenix.